Nummer 26: The Shining (1980) R: Stanley Kubrick – Amerika
Naslagwerk: 1001 Films – blz 656
‘Ik droomde dat ik jou en Danny had vermoord. Maar ik vermoordde jullie niet zo maar. Ik sneed jullie in kleine stukjes. O, mijn god… ik raak mijn verstand kwijt’ – Jack Torrance (Jack Nicholson)
De verfilming van het gelijknamige boek van Stephen King. Kubrick heeft er in mijn ogen een geweldige film van gemaakt al denkt King daar heel anders over. In de rubriek Michel Versus René, The Shining & Doctor Sleep doe ik uitgebreid verslag van wat ik persoonlijk van de film vind.
Nummer 25: Broken Blossoms (1919) R: D.W. Griffith – Amerika
Naslagwerk: 1001 Films – blz 32
‘Haar schoonheid, die zo lang verborgen was, sprankelt als een gedicht’ – Tussentitel uit Broken Blossoms
De film van Griffith wordt gerekend tot de ‘soft style’ Hollywood film. Films die pure glamour uitstralen door middel van speciale make-up, speciale belichtingsartikelen, vaseline op de lens en door doeken van doorschijnend gaas te gebruiken.
Broken Blossoms gaat over de gewelddadige relatie tussen vader Battling Burrows (Donald Crisp) en dochter Lucy Burrows (Lilian Gish). Cheng Huang (Richard Barthelmess) is een missionaris van het boeddhisme en gaat naar Engeland waar hij al snel te maken krijgt met racisme. Als Lucy weer eens door haar vader in elkaar is geslagen zoekt ze een onderkomen en beland zo in de winkel van Huang. Huang ontfermt zich over Lucy en biedt haar een slaapplaats aan. Als haar vader er achter komt dat ze bij een buitenlander in huis is wordt hij woedend.
Nummer 24: Rain Man (1988) R: Barry Levinson – Amerika
Naslagwerk: 1001 Films – blz 761
In Rain Man volgen we Raymond (Dustin Hoffman) en zijn jongere broer Charlie (Tom Cruise). Charlie is een tweedehandsautoverkoper die na het overlijden van zijn vader, voor het eerst hoort dat hij een oudere broer heeft. De erfenis is naar zijn oudere, autistische broer Raymond gegaan en dus probeert hij in contact met hem te komen, om zo de erfenis te incasseren. Op dat moment weet hij nog niet dat Raymond autistisch is en in een zorginstelling zit. Hij moet hij al zijn geduld in de strijd gooien om enig contact met hem te krijgen. Gaandeweg leert hij hem beter kennen en ontwikkelen de twee een band die hen dichter tot elkaar brengt.
Vóór Levinson hadden al vele scriptschrijvers en regisseurs geprobeerd om Rain Man te verfilmen maar velen vonden het verhaal ongeschikt of te moeilijk om te verfilmen. Levinson durfde het wel aan en concentreerde zich voornamelijk op de persoonlijke ontwikkelingen van de broers. Het verhaal is vrij eenvoudig gebleven dus blijft er alle ruimte over voor het spel.
Nummer 23: Midnight Cowboy (1969) R: John Schlesinger – Amerika
Naslagwerk: 1001 Films – blz. 493
“Ik had het voorrecht om films te maken in een tijd waarin de filmwereld iets durfde te doen met mensen, hun onderlinge relaties en maatschappij.” – John Schlesinger, 2002
Midnight Cowboy van regisseur John Schlesinger is samen met Marathon Man (1976), één van zijn betere films. Eerstgenoemde is opgenomen in dit naslagwerk. Een film met controversiële onderwerpen die er nog steeds toe doet.
Joe Buck (John Voight) zegt zijn baan als bordenwasser op en vertrekt naar New York om het daar te gaan maken als gigolo. Midnight Cowboy is slang voor een mannelijke prostitué. Maar zijn gedroomde carrière is een aaneenschakeling van teleurstellingen. Gedesillusioneerd komt hij in contact met ‘Ratso’ Rizzo, een kreupele zwerver met tuberculose (Dustin Hoffman) die hem beloofd te helpen. Net op het moment dat het toch lijkt te gaan lukken als gigolo, gaat de zieke Ratso achteruit. Ratso wil graag naar Florida en Joe besluit met hem mee te gaan en zijn nieuwe professie te laten voor wat het is.
Nummer 22: Papillon (1973) R: Franklin J. Schaffner
Naslagwerk: 1001 Films – blz 557
Papillon van regisseur Franklin J. Schaffner is het waargebeurde verhaal van Henri Charrière – Papillon – die onschuldig naar de gevangenis in Frans-Guyana gaat en er alles aan doet om daar te ontsnappen.
In deze film speelt de veel te vroeg overleden Steve McQueen de rol van Papillon. Hij wordt zo genoemd vanwege de vlinder tatoeage op zijn borst. Hij komt tegelijk met Louis Dega (Dustin Hoffman) in de gevangenis aan, een meestervervalser. De twee hebben weinig gemeen maar helpen elkaar uiteindelijk wel. Het is een avonturen/actiefilm maar gaandeweg wordt de film steeds meer een studie naar de menselijke wilskracht. Papillon zal er alles aan doen om te ontsnappen en niemand kan hem breken.
Nummer 21: Written on the Wind (1956) R: Douglas Sirk – Amerika
Naslagwerk: 1001 Films – blz 319
Dit is de tweede film van regisseur Douglas Sirk die is opgenomen in dit naslagwerk. De eerste is All thatHeaven Allows (1955) die ik al eerder heb beoordeeld – zie de lijst 1001 Films. Ik zag deze film op dvd die ik tot mijn grote verrassing gewoon in de kast had staan.
Mitch Wayne (Rock Hudson) en Kyle Hadley (Robert Stack) zijn jeugdvrienden. Ze werken voor een groot oliebedrijf dat in handen is van Kyles vader. Kyle wordt verliefd op Lucy Moore (Lauren Bacall) en ze trouwen. Marylee (Dorothy Malone), de nymfomane zuster van Kyle hoopt nog steeds dat Mitch voor haar valt maar tevergeefs. Mitch is heimelijk verliefd op Lucy.
Nummer 20: Das Kabinett des Doktor Caligari (1919) R: Robert Wiene – Duitsland
Naslagwerk: 1001 Films – blz 31
“Wiene beschouwde kostuums haast als decors, en met bijna schilderachtige make-up suggereerde hij een spookachtige sfeer” – David Thomson (Engelse filmcriticus).
In de jaren ’20 in Duitsland was er een stroming van bizarre en fantasievolle films die sterk leunde op gestileerde, theatrale effecten. Deze film wordt beschouwd als de eerste horrorfilm. Nog voor het genre horror bestond.
Het script is van Carl Mayer en Hans Janowitz. Robert Wiene tekende voor de regie. Regisseur Fritz Lang vond dat de film in een raamvertelling* gemaakt moest worden. Daarover later meer.
Raamvertelling = narratieve techniek waarbij het verhaal de omlijsting vormt voor een ander verhaal of verhalen, de zgn binnenverhalen.
Nummer 19: Rocco e i suoi fratelli (1960) R: Luchino Visconti – Italië
Naslagwerk: 1001 Films – blz 367
De Italiaanse regisseur Visconti die met nog drie andere films in dit naslagwerk is terug te vinden gaat met deze film naar zijn uitbundige kant van regisseren. Voorheen waren het voornamelijk neorealistische films. In deze uitbundige film volgen we een Siciliaanse familie die naar Milaan trekt en die daar ontheemd en door schulden en seks uit elkaar valt.
Nummer 18: All the President’s Men (1976) R: Alan J. Pakula – Amerika
Naslagwerk: 1001 Films – blz 602
In de jaren ’70 van de vorige eeuw waren de politieke thrillers ontzettend populair. En dat niet alleen, de meeste waren ook nog eens erg goed. Naast All the President’s Men maakte regisseur Pakula twee jaar eerder ook al een politieke thriller. Namelijk The Parralax View (1974). De eerste is opgenomen in dit naslagwerk.
Het verhaal mag bekend zijn maar toch nog maar even in het kort. Na een inbraak in het Watergategebouw is journalist Bob Woodward (Robert Redford) van de Washington Post er al eerste bij om in deze zaak te duiken. Samen met zijn collega Carl Bernstein (Dustin Hoffman) en hoofdredacteur Ben Bradlee (Jason Robards) halen ze de feiten boven tafel. Er is een belangrijke informant onder de naam Deep Throat (Hal Holbrook) die ze daarbij helpt. Uiteindelijk leidt het tot het aftreden van president Richard Nixon.
Nummer 17: Seconds (1966) R: John Frankenheimer – Amerika
Naslagwerk: 1001 Films – blz 447
Voordat regisseur Frankenheimer de film Seconds maakte had hij al twee ijzersterke films afgeleverd. Te weten Birdman of Alcatraz (1962) en The Manchurian Candidate (1962). De laatste staat ook in dit naslagwerk.
Deze film is beduidend minder bekend. Ik weet nog dat ik deze film volledig op de bonnefooi in het Eye ging bekijken. Als ik de kans krijg een filmklassieker op het grote witte doek te bekijken dan doe ik dat. De film is lang verguisd geweest maar geldt inmiddels als een cultklassieker. Het is leuk dat ook cultfilms in dit naslagwerk zijn opgenomen.
De film gaat over een man, Arthur Hamilton (John Randolph) die zijn eigen leven inruilt voor een ander leven. Minder burgerlijk en juist meer spanning. Dit wordt hem aangeboden door een duistere organisatie die Het Bedrijf heet. Acteurs die in Hollywood op de zwarte lijst stonden leren de man hoe hij de knappe en getalenteerde schilder Tony Wilson (Rock Hudson) kan worden. De man kan zich niet houden aan de onconventionele levensstijl van Het Bedrijf. De film verandert dan in een kafkaëske nachtmerrie.